Met fiets in trein en dan door Noordhollandse duinen, 7 augustus 2017
Is de mefidt-proef geslaagd? De mefidt-proef? Ja, het Met-Eigen-Fietsen-In-De-Trein-experiment. Dat zouden we op 7 augustus uitproberen. Met de trein van Amsterdam naar Haarlem, dan een stuk zelf fietsen en terug van Alkmaar naar Amsterdam. Eindelijk 100% wind mee: dik veertig kilometer met de wind in de rug. Mooi weer, door duin en bos, misschien wel langs de door parafine geteisterde stranden. Om het aantrekkelijk te maken had ik zelf de fietskaartjes gekocht.
Want een dag je fiets mee in de trein kost 6 euro 10, wie niet weg is wordt gezien.
Ik herhaal de vraag: Is de proef geslaagd? Ja en nee. Ik expliqueer nader.
De proef is geslaagd in zoverre Matti en ik aan het eind van de dag behouden zijn teruggekeerd in de drenkplaats Welling. De proef is mislukt, omdat we met zijn tweeën waren. Matti en ik, van huis uit allebei geharde junglefighters, hadden de proef niet nodig. Het ging er juist om dat minstens zes leeuwinnen heur zware damesrijwielen de trappen op zouden zeulen en hun fietsen in de treinen zouden smijten. Er zijn per trein altijd maar een paar deuren waardoor fietsen naar binnen mogen. En juist dat moesten we oefenen. Liefst op een druk perron. Trein loopt binnen, groep verspreid zich in oogwenk naar toegestane deuren, trein komt aan en groep hervindt en hergroepeert zich. En dan liefst nog een paar keer overstappen onderweg, op stations met bruggen en tunnels en zonder liften en glijbanen, met slecht weer. Volgens de krijgshistorie is het met hele legertrossen gelukt, dus waarom niet met Meewind. Dat weten we nu dus niet.
Is het erg dat de proef mislukt is? Ja. Want het ziet er naar uit dat de enkeldaagse Meewinden vanaf het fietsseizoen 2018 alleen nog op eigen fietsen de treinen in zullen gaan. Dat is het nieuwe reizen. Bemande stationsstallingen met fietsenverhuur raken obsoleet en antiquaar. Ik waarschuw voor het laatst. Koop op tijd een lichte fiets en ga zelf de komende winter oefenen. Je kunt ook sparen voor een vouwfiets. Die mag gratis mee, ook in de spits, en die is veel hanteerbaarder. Maar het kost wat, vooral de schitterende Brompton. Ik ga de knappe Patricia er voor haar verjaardag een geven.
En dan nu Meewind 156. Eindelijk. We vertrokken van perron 2A. Daar zijn trappen zonder fietssleuf en roltrappen waar je met fietsen niet op mag. Dus lonkt de lift.
Er is er één. Hij is oud en klein. Je kan er met niet meer dan één fiets in, als je die schuin diagonaal omhoog steekt. En dan moet je geen buik hebben, want anders past het niet. Een tweede inconveniënt: de lift zit helemaal aan de oostkant van het station, dus je moet vele honderden meters over het perron naar spoor 1 en/of 2a. Met een groep van tien vrouwen heb je minstens een half uur nodig om deze operatie te voltooien. In Haarlem ging alles goed, maar in Alkmaar, op de terugweg, zat alles tegen. Er was een ongeluk gebeurd tussen Uitgeest en Wormerveer, dus naar Amster-dam kon je de volgende twee uur alleen met sprinters over Hoorn of Haarlem. Wij kozen voor Haarlem. Terug door de poortjes naar buiten. Lift omhoog. Nieuwe poort-jes. Lange brug. Lift naar beneden. Spoor 4. Met fietsen de trein in. Er kwamen nog vier fietsen vóór de onze te staan. Zelf moesten we weg bij de fietsen, want er moest doorloopruimte blijven. En dan een uur in een volle sprinter langs niet minder dan twaalf stations (Heiloo, Castricum, Uitgeest, Heemskerk, Beverwijk, Santpoort-Noord, Santpoort-Zuid, Bloemendaal, Haarlem, Spaarnwoude, Halfweg, Sloterdijk) terug naar de eindbestemming. In Amsterdam durfde Matti met zijn fiets een steile buitentrap af. Ik liep weer helemaal terug naar de oude lift van ’s morgens.
En dan nu Meewind 156, echt. Volgens de reglementen mag Mr. Meewind een tocht afblazen, als er maar één vrouw komt opdagen. Matti is dan wel geen vrouw, maar hij telt wel als vrouw, omdat hij zich graag voortbeweegt op een damesfiets met lage instap. Bovendien reden wij op de Zijlweg in Haarlem, ga zelf maar kijken, ik lieg niet, langs dameskapsalon Matti.
Met Matti fietsen is geen straf. Hij houdt, net als ik, van rare, niet al te gangbare mensen, dingen en gebeurtenissen. Dus dat fietst lekker. We roepen maar wat tegen elkaar. Gaan er soms wel en soms niet op in. Fietsen soms naast, soms achter elkaar. Kwetteren soms veel en zwijgen soms ijzig. Het voelt allemaal heel natuurlijk. We nemen iedereen door. Matti weet saillante details van mensen.
En dan nu, eerlijk waar, Meewind 156. We zijn er snel mee klaar. Er gebeurde weinig bijzonders en het landschap hield zich redelijk. Vanuit het station door het voorname Kenaupark en over de Zijlweg naar Overveen, je rijdt daar tegen een Loetje op. Rechtsaf, langs het prachtige gemeentehuis naar Bloemendaal. Koffie bij ’t Hemeltje, dé Huiskamer van Bloemendaal. Het leek de huiskamer van Blaricum wel: rode broeken, strohoeden, parelkettingen en spencers en liters chardonnay, lang voor lunchtijd. Wij namen koffie met taartjes van Holtkamp. De Kennemerduinen in naar de ruïne van Brederode. Santpoort en Driehuis, bekend van de dodenakker Driehuis-Westerveld en het geboortehuis van Pimmetje (begraven in Provesano in 2002). Verder door Park Beeckestijn en Velzen-Zuid. Met tachtig andere fietsers op de gratis GVB-pont over het Noordzeekanaal. En dan tussen Velzen-Noord, Beverwijk en de Hoogovens door richting Heemskerk. We laten Wijk aan Zee links liggen. We fietsen de waterleidingduinen binnen. Het zijn niet de mooiste. Veel infiltratiegebieden, pompstations en stalen, ronde putten. De Kennemerduinen en de Schoorlscher Duinen zijn veel rijker, geaccidenteerder en afwisselender. Maar nu dus het Noordhollands duinreservaat, met als onverbiddelijke lunchstop partycentrum – vroeger uitspanning – Johanna’s Hof (nog bekend van Jubelmeewind 25, in november 2006). We zitten buiten, onder een boom, naast fysiek en mentaal uitgedaagden in rolstoelen. Matti neemt warm vlees met een vieze, zoete saus die hij laat staan en ik neem yoghurt, verse aardbeien en moddervette poffertjes. We fietsen door naar de toeristenhel Egmond aan Zee en dan langs weer een ruïne, nu van Egmond a/d Hoef. Door open land fietsen we naar de kaasstad. Het station van Alkmaar is beslist futuristisch geworden. Van buitenaf lijkt het net de Hema, nee, het is een Hema.
De route van Meewind 156, verreden op maandag 7 augustus 2017: Haarlem, Overveen, Bloemendaal, Kennemerduinen, Santpoort, Driehuis, Velsen-Zuid, Velzen –Noord, Heemskerk, Noordhollands Duinreservaat, langs Castricum, Bakkum en Egmond-Binnen naar Egmond aan Zee en Egmond aan de Hoef, Alkmaar (42 km).
Volgende week wordt er een driedaagse Meewind verreden, maar die is al volgeboekt.
Er komt uiteraard een uitvoerig verslag over.
Tussen 21 en 31 augustus gaan we op een mooie dag met auto’s vol naar de Hoge Veluwe. Bij wijze van seizoenafsluiting, want vanaf 1 september wordt er weer hard filosofie gestudeerd en energiek geschreven en geredigeerd voor prachtblad Argus.
Comentarios