top of page
Zoeken
Foto van schrijverJan Haasbroek

Meewind 161


 

NAAR HAARLEM (2 augustus 2018)


 

Het blijft krankzinnig warm. Een van de beste plekken waar je in de hitte kunt verwijlen is op de fiets. Het is er veel aangenamer dan bijvoorbeeld in trein of tram.

Als je maar de goede route kiest. Het station van uitval moet dichtbij Amsterdam liggen. Je moet veel door bossen kunnen fietsen, liever loof- dan naaldbossen, je moet een zwemmoment inlassen en er moet onderweg genoeg vers koud water te koop zijn.

Al te steile hellingen en afdalingen moet je mijden. Dat wordt dus een rondje Haarlem.

Wij verzamelden bij Amsterdam Centraal en stelden ons op bij spoor 2A, voor de trein naar Haarlem. En toen gebeurde er iets raars. Vanaf spoor 2B kwam onze trein aanrijden, die niet stopte op spoor 2A, maar daar ijskoud voorbij reed. Dat worden brieven op poten naar NS. Woedend waren heel wat wachtenden. De volgende trein genomen en zes damesfietsen (bij hitte altijd damesfietsen nemen, ook voor de heren) gehuurd op station Haarlem.

Tegenwoordig heet elke stationsrijwielstalling fietspoint, een lelijke botsing van talen.

De lezer merkt al, er is niet te veel gebeurd tijdens Meewind 161, want werkelijk elk detail wordt breed uitgemeten. Snel naar De Grote Markt, waar een festival wordt voorbereid en alle stedenschoon aan het zicht onttrokken wordt door witte plastic schermen.

Dus dit keer geen koffie bij good old Teisterbant (van Mulisch en Bomans), maar een terrasje verder, bij hotel GL of LG (Lonneke en Gerard?) op het Klokhuisplein, tegen de Bavo aan. De toiletten in de kelder hebben pedotegels met spelende kinderen waarover onze tegelkenster Francine zeer te spreken was.

We fietsen aan de schaduwzijde langs het brede Spaarne naar het zuiden. Het Spaarne, hoe mooi ook, is als rivier niet oké. Vroeger verbond het het IJ met het Haarlemmermeer, nu een zijkanaal van het Noordzeekanaal met de ringvaart van de Haarlemmermeerpolder. Je kunt er nog maar acht kilometer langs fietsen: van Spaarndam naar Cruquius.

We steken met dertien in plaats van de toegestane twaalf fietsen over met een gratis ecopont. Het scheepje zinkt niet. We rijden een stukje door Den Hout, het oudste stadsbos van Nederland.

Door naar Heemstede. We missen park Groenendaal en De Glip en rijden langs de Leidse Trekvaart (in plaats van door het Vinkenduin) naar Aerdenhout. Het is korter, maar ook minder schaduwrijk. In Aer-denhout een ommetje door wat villawijken en dan over een strak fietspad door Bent-veld naar Zandvoort. Opnieuw: Lang zo mooi niet als gepland, maar korter, veel meer wind, zon in de rug en geen hellingen en dat is wat telt boven de 30 graden.

Bij Zandvoort houden we de lelijke buitenkant. Over de boulevard fietsen we naar Bloemendaal aan Zee. Daar de Kennemerduinen in. Iets na enen komen we aan bij strandtent Parnassia, vol teamspirit, sunshine en smiles. Nergens zie je méér duinen bij het handen wassen. Het lijkt ons binnen nog het koelst.

Van zwemmen zal het weer niet komen. Steeds vraag ik van de Meewinders om badkleding mee te nemen, maar we hebben deze zomer nog geen enkele keer gezommen. Niet in de IJssel, niet in het Markermeer, niet in de vijvers van het Zoniënwoud, niet in de Lije en nu weer niet in onze eigen Noordzee. Wat is er aan de hand? Is de jansaliegeest in Meewind geslopen? Zwemt Meewind in principe niet? Nee, dat is het niet.

Mag ik even herinneren aan de Meewinden 39 (IJmuiden), 75 (Heerderstrand), 95 (Nieuwkoopse Plassen), 108 (naakt tussen kwallen in Schoorl), 115 (Weerribben), 117 (Vinkenveensche Plassen) en dan vergeet ik er vast een paar. Maar we worden ouder, alles wordt preutser, de aarde warmt op en de zeespiegel stijgt.

Dit keer had Francine overtuigende argumenten om het water te mijden. Het was nog net geen opkomend tij, zei ze. Het strand was op zijn breedst en nog vele tientallen meters zou het water niet verder reiken dan tot de knieën en wie wil dat?

Dus fietsen we terug. Niet het zware parcours door de Kennemerduinen, maar zwevend en golvend over de weg naar Overveen. Dan trakteer ik nog op een aan-lokkelijk ommetje. Door het Brouwerskolkpark, langs het landgoed Elswout (Bartje zat er nog op het lyceum), even de Pijlslaan, opnieuw door de Kleine Hout, door het Rozenprieel en langs Het Spaarne met Gravesteinerbrug en Teylersmuseum.

De terugtrein is hel: overvol, bloedheet, kinderwagens, overal stoppen. Het heet sprinter, maar het maakt geen vaart.

Meewind 161 op 2 augustus 2018

Zes deelnemers: Patricia, Ina, Francine, Matti, Jan (van Margit) en Jan (van Patricia).

Route: Haarlem, Heemstede, Aerdenhout, Bentveld, Zandvoort, Bloemendaal aan Zee,

Kennemerduinen, Overveen (29 km.).

12 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page